Hoe maak ik een goed voornemen?

Hoe maak ik een goed voornemen?

22-09-2016
Misschien wil je gezonder of duurzamer gaan eten, of allebei. Dan hoeft niet ineens het roer om. Alle beetjes helpen, het hoeft niet perfect. Met kleine stappen en concrete plannen kom je elke dag dichter bij je doel.

Een voornemen volhouden is geen kwestie van wilskracht alleen. Natuurlijk, je moet het wel willen. Maar een realistisch en goed gekozen voornemen maakt het haalbaar. Zorg dat je een kleine stap verzint die je ook echt kan volhouden. Zo maak je een voornemen dat goed bij jou past.

Nieuwe gewoonte maken

Wil je gezonder gaan eten of letten op duurzaamheid? Zorg dan dat je het concreet maakt. Wat wil je precies veranderen en wanneer ga je dit doen? ‘Meer fruit eten’ is bijvoorbeeld nog vrij vaag. Maak het helderder voor jezelf door een tijdstip of situatie te kiezen en een precieze handeling. Om je voornemen concreet te maken, kun je een  ‘als-dan’ plan maken. Als situatie X zich voordoet, dan doe ik Y. Bijvoorbeeld: ‘Als ik om 10.00 uur pauze heb op mijn werk, dan eet ik een stuk fruit’. 


Meer voorbeelden:

  • Elke week vis eten: ‘Als ik op zaterdag op de markt ben, dan haal ik een vis voor de avondmaaltijd.’
  • Elke dag noten: ‘Als ik zin heb in iets lekkers, dan neem ik een handje ongezouten noten’.
  • Minder eten verspillen: ‘Als ik boodschappen ga doen, kijk ik eerst wat ik nog in huis heb’. 

Ongezonde gewoonte veranderen

Misschien wil je liever een slechte gewoonte veranderen, bijvoorbeeld minder koekjes of chips eten. Stel jezelf dan de vraag: Waarom heb ik deze gewoonte? Bekijk goed wat ervoor zorgt dat je telkens maar weer naar deze snacks grijpt. Kijk wat de belangrijkste aanleiding is. Doe je dat bijvoorbeeld steeds omdat je zin hebt in iets lekkers, of omdat je je rot voelt of verveelt?


Bedenk of het er ook mee te maken met wie je bent, wat je doet en waar je bent. Steekt je ongezonde gewoonte bijvoorbeeld altijd de kop op wanneer je met vrienden bent of juist wanneer je alleen bent? En is het bijvoorbeeld tijdens werken, of juist als je ’s avonds tv kijkt? En is het bijvoorbeeld op het station of thuis?

Hoe scherper je de belangrijkste aanleiding en die 'wie', 'wat', 'waar' van jouw gewoonte in beeld hebt, hoe beter je een voornemen kunt maken. 

Schrijf het volgende op een briefje: 

'Als…, dan…'


Vul jouw belangrijkste aanleiding in bij 'Als'. Dit kun je zo nodig aanvullen met die 'wie', 'wat', 'waar' informatie. Schrijf achter 'Dan' wat je voortaan gaat doen in die situatie. Je kunt je voornemen om dan iets gezonds te eten, minder te eten of juist iets te doen wat helemaal niets met eten te maken heeft. 

Voorbeelden:

  • 'Als ik zin heb in iets lekkers (aanleiding) wanneer ik alleen (wie) thuis (waar) ben en tv kijk (wat), dan eet ik een stuk fruit.'
  • 'Als ik me vervelend voel (aanleiding) op mijn werk (waar), dan ga ik een stukje wandelen.'
  • 'Als ik zin heb in iets lekkers (aanleiding) wanneer ik met vrienden (wie) koffie ga drinken (wat) in een café (waar), dan bestel ik een bruin- of volkorenbroodje of een salade.'

Maak je voornemen actief. Dus niet: 'Als ik me rot voel, dan neem ik géén chocola'. Dan weet je namelijk nog niet wat je wél gaat doen. Omschrijf het dan zo: 'Als ik me rot voel, dan neem ik een stuk fruit'.

Klaar?

Tevreden met je nieuwe voornemen? Herhaal je voornemen een aantal keer hardop voor jezelf. En oefen het voornemen in je hoofd. Stel je de situatie voor waarin je jouw oplossing gaat uitvoeren. Waar ben je? En met wie? Door het zo letterlijk voor te stellen, is de kans groter dat je het in de praktijk ook gaat uitvoeren.

Schrijf je voornemen op en zorg dat je hem elke dag even ziet. Zet de tekst als bureaublad op je computer of telefoon, of plak een briefje op je koelkast, kalender of spiegel. Zo denk je er elke dag even aan. Hou je je plan al een paar weken vol? En hoef je er nauwelijks moeite meer voor te doen? Neem dan een volgende stap.
Bron: voedingcentrum
Terug naar overzicht